Springers en strooiers

Terwijl in de tuin nog heel veel bloemen staan te bloeien wordt er toch ook al druk gezorgd voor nakomelingen. De rijpe zaden worden op allerlei vernuftige wijzen verspreid.
Een paar "springers" zijn de reuzenbalsemien, naaldenkervel en donkere ooievaarsbek en beemdooievaarsbek.
Omdat deze zaaddoosjes onder spanning staan worden bij de geringste aanraking de zaden weggeschoten. En dat is nou net de bedoeling! 


De paarse morgenster heeft een andere taktiek: die geeft elk zaadje een parachuutje mee zodat de zaden sierlijk door de tuin zweven bij een zuchtje wind.

En de grote engelwortel laat haar zaden gewoon vallen , soms zelfs in het water. Daar kunnen ze trouwens prima tegen.